PAUL VAN DER STERREN OVER HUUB BORGHOUTS

Overige

Kopfoto Vlnr Huub Borghouts, Hub van Spijk en Paul van der Sterren.
Ter gelegenheid van de uitreiking van het erelidmaatschap LiSB op 6 november 2014.

Beste Huub,

Wat ben je oud geworden en toch ook jong gebleven, althans in mijn herinneringen. Die
gaan dan ook terug tot 15 november 1969, toen jij een simultaanseance gaf op het
St. Thomascollege aan de Hogeweg en ik je voor het eerst meemaakte en zelfs tegen je
mocht spelen. Jij was Limburgs kampioen en een goed uitziende man, beetje type Max
Warmerdam. Ik was een jongen van dertien voor wie de eerste simultaan in zijn leven een
geweldige belevenis was. Ach, wat denk ik nog graag terug aan die dag en aan die partij. Het
zal ongetwijfeld een chaos zijn geweest met al die middelbare scholieren, maar je hield je
goed. Aangemoedigd door jou werd ik een week later lid van de Venlose schaakclub, waar
mijn schaakcarrière van start ging. Jij was daar toen een van de topspelers en hoewel ik die
simultaanpartij van je gewonnen had keek ik enorm tegen je op, iets waar je trouwens
afgezien van je schaakpalmares geen enkele aanleiding toe gaf, want je was totaal niet
afstandelijk of neerbuigend en altijd even vriendelijk voor me. Ik bewonderde je en voelde
een zekere band tussen ons, een band van het soort dat puur jeugdsentiment en dus
onverwoestbaar is. Twee jaar later werd ik jouw opvolger als kampioen van Limburg, iets
waar ik bijzonder trots op was. Toen ik op mijn achttiende naar Amsterdam verhuisde om
daar te gaan studeren en te schaken verwaterde ons contact natuurlijk, maar altijd als ik
weer eens terugkwam bij de Venlose schaakclub was ik blij jou daar in goede gezondheid
weer te zien. Dat gebeurde voor het laatst op de feestelijke en gezellige clubavond van 6
november 2014, toen ik daar het erelidmaatschap van de Limburgse Schaakbond
kreeg en
een lezing gaf. Toen viel me voor het eerst op dat je toch wel oud aan het worden was, al
was je nog monter en goed ter been. Tot dan toe had ik je onwillekeurig altijd als een nog
tamelijk jonge man gezien, blijkbaar was dat de indruk die je op me maakte. Maar begin dit
jaar kreeg ik van Nico van der Hoogt foto’s van het bezoek dat hij samen met Bas van der
Grinten aan jou had gebracht in je Tegelse verzorgingshuis. Die maakten me wel duidelijk dat
je veroudering nu echt vergevorderd was.

Nu ben je dan ten slotte gekomen waar iedereen uiteindelijk komt.
Huub, misschien had ik het je eerder moeten zeggen, maar als ik aan jou denk word ik blij,
ook nu nog. En dat zal altijd zo blijven.

Paul van der Sterren